Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Aangaande nu zijn [66]zonen, en de grootheid [67]van den last, hem [opgelegd], en [68]het gebouw van het huis Gods, ziet, zij zijn geschreven in de [69]historie van het boek der koningen; en zijn zoon Amazia werd koning in zijn plaats. 66. Die hij gehad, of ook nagelaten heeft. 67. Dat is van de schatting, waar hij mede belast was om de plundering en het beroven van Jeruzalem van Hazael af te kopen; 2 Kon.12:18. Anderen verstaan dit van de collecten, of schattingen, die hij het volk oplegde tot bouw en reparatie van den tempel. 68. Hebreeuws, de grond, of grondvesting; dat is, de bouwing aan het huis Gods. 69. Het Hebreeuwse woord midrasch heeft den naam van zoeken, omdat daarin de acten den daden der koningen zeer naarstiglijk opgezocht, bijeenvergaderd en opgetekend waren. Alzo boven, hfdst.13 vs.22.